Als erkende energiedeskundige type D helpen wij u bij alle vragen omtrent het nieuwe type EPC: het EPC niet-residentieel (NR). In deze blogpost kunt u alvast een aantal belangrijke puntjes omtrent de nieuwe verplichtingen ontdekken.
Wat valt er onder niet-residentieel?
Onder niet-residentieel vallen alle gebouwen die geen woon-, landbouw- of industriehoofdfunctie hebben. Voornamelijk dus handelspanden en kantoren. Soms is het onduidelijk wat de hoofdfunctie van een gebouw is. Bijvoorbeeld een woning die volledig vervlochten is met de bakkerij. Hier voor zal de energiedeskundige verder onderzoek moeten doen.
Let op voor kleine niet-residentiële gebouwen (gebouwen kleiner dan 500 m2,) kan er een uitzondering op de regel gelden.
Let op, onder industrie vallen gebouwen bestemd voor productie, bewerking, opslag of manipulatie van goederen zoals ateliers en garages. Soms zijn deze sterk verweven met een handelsfunctie en moet door de energiedeskundige verder onderzocht worden wat de hoofdfunctie is.
2023: Verplicht EPC NR bij notariële overdracht en verhuur
Op het moment dat de eenheid wordt aangeboden voor verkoop of verhuur moet reeds een EPC NR beschikbaar zijn. Op het moment van de overdracht moet het EPC bezorgd zijn aan de nieuwe eigenaar of huurder.
2024: Verplicht EPC NR voor Publieke en Overheidsgebouwen
Onder publieke gebouwen vallen gebouwen die vaak bezocht worden door het publiek omdat er een publieke organisatie in is gevestigd. Dit wil zeggen gebouwen van de overheid, inclusief OCMW’s, onderwijsinstellingen en welzijns- of gezondheidsvoorzieningen.
2025: Verplicht EPC NR voor gebouwen groter dan 1 000 m2
Gebouwen met een bruikbare vloeroppervlakte groter dan of gelijk aan 1 000 m2, vallen onder groot niet-residentieël en zullen vanaf 1 januari 2025 moeten beschikken over een EPC NR, onafhankelijk of er al dan niet verkocht of verhuurd wordt.
2026: Verplicht EPC NR voor alle niet-residentiële gebouwen groter dan
Vanaf 1 januari 2026 geldt deze verplichting ook voor gebouwen kleiner dan 1 000 m2. Let op, een niet-residentieël gebouw kleiner dan 500 m2, heeft de keuze te vallen onder het EPC klein niet-residentieel opgesteld door een energiedeskundige type A of het EPC niet-residentieel opgesteld door een energiedeskundige type D, indien men voor de eerste optie gekozen heeft geldt deze verplichting niet.
2028: Minimale labelplicht voor grote publieke gebouwen en overheidsgebouwen
De overheidsgebouwen worden geacht minimaal een E-label te behalen, dit komt er op neer dat de verbruikte energie voor minstens 5% bestaat uit hernieuwbare energie opgewekt en gebruikt op de site. Let op, op deze regel wordt een uitzondering gemaakt voor gebouwen van het gemeenschaps- of gesubsidieerd onderwijs.
2030: Minimale labelplicht voor alle niet-residentiële gebouwen
Vanaf 2030 geldt de minimale labelplicht van een E-label voor alle niet-residentiële gebouwen.
Verder toekomst: verdere verstrenging labelplicht
In de toekomst zal de overheid de verplichting van de score van de label steeds verstrengen totdat alle niet-residentiële gebouwen uiteindelijk een A-label zullen behalen. Dit wil zeggen dat ze voor 100% gebruik maken van hernieuwbare energie. Dit om op deze manier de gewenste doelstellingen tegen 2050 waar te kunnen maken.